Menu overslaan

Uitwerking van een wijkcontract

Elk jaar stelt de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, in functie van de beschikbare financiële middelen, een lijst op van de wijken die van een wijkcontract kunnen genieten. Hierbij wordt rekening gehouden met de slechte staat van de gebouwen en de openbare ruimten binnen de wijk, de aanwezigheid van onbewoonde panden en braakland of van slecht uitgeruste woningen alsook een reeks van sociale indicatoren (bij voorbeeld het aantal werklozen en begunstigden van een minimuminkomen).

Voor elk wijkcontract wordt door de Gemeente zelf of door een studiebureau, indien de gemeente deze taak aan het bureau toevertrouwd, een programma opgesteld. Teneinde een programma op te stellen dat het best beantwoordt aan de behoeften van de wijk, zal de gemeente zich baseren op de deelname van personen die in de wijk leven, werken of er komen teneinde hun mening te kennen. Alvorens een definitief programma vast te leggen, dient de gemeente dus een basisstudie uit te werken alsook een ontwerp van programma dat in samenwerking met de personen van de wijk tijdens Algemene Vergaderingen van de wijk en de vergaderingen van de Plaatselijke Commissie voor Geïntegreerde Ontwikkeling (de PCGO) zal worden uitgewerkt.

De basisstudie bestaat voornamelijk in het optekenen van de bestaande situatie en het vastleggen van prioriteiten.

Het ontwerp van programma beschrijft gedetailleerd het geheel van operaties die zullen worden verwezenlijkt. Om gerealiseerd te kunnen worden, dient een operatie verplicht te worden opgenomen in het programma !

Samenstelling van de basisstudie :

  • bestaande feitelijke toestand: opmaken van de fysieke staat van de wijk;
  • bestaande wettelijke toestand: overzicht van de bijzondere bodembestemmingsplannen en de aangevraagde vergunningen;
  • analyse per thema en diagnose: sociale en economische "vitaliteit" van de wijk;
  • te stellen prioriteiten voor de uitwerking van het programma.

Samenstelling van het ontwerp van programma :

  • plan van de perimeter, met lokalisatie van de verschillende operaties;
  • vermelden van de gesubsidieerde openbare en privé- vastgoedoperaties, in de loop van de tien laatste jaren;
  • lijst van de gebouwen en van hun eventuele bewoners waar de verschillende operaties betrekking op hebben;
  • beschrijving van de aankopen en werken die voor elke operatie moeten worden uitgevoerd;
  • beheersschema dat de aard van de operaties en de jaarkalender voor de realisatie ervan preciseert;
  • beschrijving van de bijkomende maatregelen voor het sociaal luik;
  • financieel plan dat voor 4 jaar wordt opgesteld;
  • rapport over de situatie en de evolutie van de vastgoedmarkt met bijkomende maatregelen teneinde speculatie te voorkomen;
  • programma voor de bescherming van het vastgoedpatrimonium.